De naam Oranjewoud…

veronderstelt meteen een band met het koninklijk huis. Deze ontstond toen in 1676 Albertine Agnes, prinses van Oranje, weduwe van de Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau, een bestaand landgoed kocht dat de naam Oranjewoud kreeg. Aan het begin van de 18 de eeuw maakte haar schoondochter Henriëtte Amalia van Anhalt-Dessau plannen voor de bouw van een lustslot van allure, dat zich met andere vorstelijke paleizen zoals ’t Loo en Huis ten Bosch moest kunnen meten. Van het gebouw werden slechts de twee vleugels gerealiseerd, maar wel werden fraaie tuinen aangelegd. In 1803 en 1805 werden de beide vleugels van het onvoltooide slot afgebroken en in 1813 volgde de verkoop van het landgoed. Op dit gebied en in de omgeving ontstonden in de 19de eeuw nieuwe buitens, waarvan enkele nog steeds te bewonderen zijn. De landelijke en bosrijke omgeving trok steeds meer reizigers en toeristen aan. Vele reizigers en geïnteresseerden in de geschiedenis raakten in de ban van de sfeer van Oranjewoud en legden hun indrukken in reisverslagen en artikelen vast.

Oranjewoud ligt midden in de prachtige bossen nabij Heerenveen. Statige landhuizen en stijlvolle lanen herinneren aan de tijd dat de koninklijke familie in Oranjewoud verbleef. De band met het koninklijk huis ontstond toen in 1664 Albertine Agnes, princes van Oranje, weduwe van de Friese stadhoude Willem Frederik van Nassau, een bestaand landgoed kocht dat de naam Oranjewoud kreeg.

Het dorp Oranjewoud is een voormalige buitenplaats van de Friese Nassaus met mooie landhuizen en schitterende tuinen. De Friese Nassaus kochten in 1664 heidevelden ten oosten van Heerenveen en stichtten er het lustslot met park Oranjestein. Toen begon de ontwikkeling van Oranjewoud als vestigingsplaats van de Friese adel. Het oorspronkelijke buitenverblijf van de Friese Nassaus werd in 1803 gesloopt. Op de plek verrees het in 1830 gebouwde neo-klassieke landhuis Oranjewoud met een prachtige romantische tuin. Landgoed Oranjewoud en De Overtuin kunt u bezichtigen. Op de pagina wandelroutes staan diverse routes welke door Staatsbosbeheer hzijn uitgezet, die u langs vele interessante plekjes leiden.

In 1680 liet prinses Albertine-Agnes van Oranje Nassau de lusthof Oranjewoud aanleggen in barokstijl. Het Oranjewoud heeft de toevoeging oranje te danken aan de Friese stadhouders die hier in de zeventiende eeuw hun zomerresidentie hadden. Rond 1880 werd Oranjewoud drastisch veranderd, er ontstonden meerdere parken in Engelse landschapsstijl, waaronder Veenwijk en Pauwenburg. In de jaren 50 is er ook veel naaldbos aangelegd. Ook staan er hier de oudste lariks van Nederland. Die zijn zo’n 160 jaar oud. Het bosgebied van Oranjewoud heeft, hoewel er hier en daar ook duidelijk de sporen van het produktiebos te zien zijn, een vriendelijk, parkachtig karakter, met slingerende paadjes, waterpartijen en veel variatie in bomen, struiken en planten. Het woud is onderverdeeld in een aantal bossen; Reigerbos, Tjaarda’s bos en Overtuin.

Het Reigerbos heeft een gevarieerde samenstelling. U vindt er zowel loofbomen als naaldbomen en soms staan er eiken en beuken in mooie lanen. In dit bos loopt de rode paaltjes route. Het bos is niet geheel vrij toegankelijk, omdat het inde broedtijd gesloten is. Tjaarda is in deze contreien een bekende naam voor hotel, speeltuin en doolhof. Het tegenover het hotel gelegen bos heet Tjaarda’s bos. In het bos liggen ook percelen akkers en weilanden. De Overtuin die nu als wandelpark onder gemeentelijk beheer staat is vrij toegankelijk. Het is een parkachtig bos.